Lesopzet week 26-31 januari 2014 ‘Adaptability’

Adaptability = aanpassingsvermogen. Dankzij non-irritability (go with the flow) ontstaat aanpassingsvermogen. 

Adapt, adjust, accommodate.

Pas aan, raak vertrouwd, ondersteun.

Het vraag nedrigheid, flexibiliteit, vriendelijkheid en zachtaardigheid. Wees voorbereid op verandering.

Het vereist ‘echte communicatie, begrip, verplaatsingsvermogen. Je weet weg te blijven van de triggers van een ander.

 Verhaal van de woekeraar en het meisje.

 1. Reinigende ademhaling

2. Concentratie op Aanpassingsvermogen, starheid

3. Reinigende ademhaling

 4. Rekken en strekken, waaronder schouderrotatie

 5. Schouders losmaken, ellebogen horizontaal op schouderhoogte, armen voor de sleutelbeenderen, zij- en achterwaarts strekken.

 6. Armen draaien

 7. Kati Chakrasana (Staande wervelrotatie)

 8. Matsyendrasana (Zittende Torsi)

Zit op de mat. Buig je linkerbeen en leg je linkervoet naast/bij je rechterbil. Je linkerknie schuin/rechts voor je. Plaats je rechtervoet over de linkerknie heen op de grond, zodat je voet plat op de grond komt, vlak voor je linkerheup. Plaats je linkerarm  over je rechterknie, zodat de linkerbovenarm tegen de binnenkant van de rechterknie komt. Je arm hangt ontspannen naar beneden of je pakt – als je dat kunt – meet je linkerhand je rechtervoet vast.

Je rechterarm naar achteren gebogen, waarbij je onderarm in de onderrug ligt en je rechterhand in de linkerzij terecht komt.

Op IN rechtop zitten en op UIT naar rechts draaien, je rechterschouder naar achteren wegdraaien, je hoofd draait mee en terwijl je hoofd rechtop houdt: draai de ogen weg in de rechterooghoek. Elke inademing is in die weggedraaide houding opstrekken, elke uitademing is doorstrekken. Na vijf ademhalingen op de UITademing terugdraaien.

Herhaal andere zijde.

 9. Voeten en heupen losmaken

10. Kattenloop

 11. Rugademhaling (in tweetallen)

 12. Yoga Nidra

14. Meditatieve stilte